Of een nieuwe en seekere wijse, verklaard in het Neerduits en Frans om gemakkelijk en binnen seer korten tijd de Italiaanse Taal te leeren, verstaan, schrijven en spreeken. Beneffens een nette en curieuse verhandeling van de Italiaanse Digtkunde. Daar en boven eenige gemeensaame Samenspraaken; verscheide Brieven van Pligtpleeging en eerbiedenis; ook gemeene Spreek-woorden. Waar bij tot een sonderling gemak en voordeel gevoegt sijn drie kleine Dictionaria of Woordboeken, vervattende Woorden en Spreekwijsen, in het schrijven en spreeken gebruikelijk, in drie Deeltjes onderscheiden. Door B: Moretti, Taalmeester op de Leidse Academie
Autore:
Bruno D. Moretti | Moretti Bruno D.
Luogo:
Leiden | Leida
Editore:
Joh: du Vivié & Is. Severinus | Johannes du Vivié & Isaac Severinus
Anno: 1705
Tipo: Grammatica
Lingua oggetto:
Italiano
Consistenza: [XVI] + 654 pp.
Struttura del volume:
Opdragt aan d’Edele Mogende Heer, d’Heer Johann Van Den Berg, Onlangs Voorfittend Borgermeester der Stad Leiden, en nu wegens de selve Gedeputeerde in het Edele Mogende Collegie van den Raad van Staaten: pp. I-IV;
All’eccellenza illustrissima del signore, il signore Giovanni Van den Berg, Già Console Presidente della Inclíta Città di Leiden, & dalla stessa Deputato all’Eccelso Collegio del Conseglio di Stato degli Altissimi & Potentissimi Stati d’Hollanda: pp. V-VIII;
De Boekverkooper aan den Leeser: pp. IX-X;
Les Libraires au Lecteur: pp. XI-XII;
Register: pp. XIII-XIV;
Indice: pp. XV-XVI;
Nouvelle Grammaire Italienne / Niewe Italiaanse Spraak-konst: pp. 1-239;
Italiaans, Neerduits, en Frans Woordenboek: pp. 1-216;
Klein Neerduits, Italiaans en Frans Woordenboek: pp. 1-104;
Dictionaire François, Italien, et Flamand: pp. 1-95.
L'indice riportato qui di seguito si riferisce esclusivamente al testo della grammatica.
REGISTER.
I. Hoofdst. Van het leesen en de uitspraak. pag. 3
II. Hoofdst, van d’Articuli, en Declinatien, van de bepaalde Articulus. 11
Declinatio van de Articulus il en lo. 15
Declinatio van de Articulus la. 17
Van de onbepaalde Articulus. 18
Aanmerkingen. 21
De Præpositio in. 21
De Præpositio met. 22
III. Hoofdst. Van de Nomina. 25
Maaking van Numerus pluralis van het Mannelijk Geslagt. 25
Maaking van het meervoudig getal van die woorden die Feminini Generis sijn. 27
IV. Hoofds[t]. Van de Adjectiva, en Substantiva. 29
V. Hoofdst. Van de Nomina Augmentativa. 33
VI. Hoofdst. Van de Diminutiva. 35
VII. Hoofdst. Van de Comparativa. 35
VIII. Hoofdst. Van de Superlativa. 38
X. Hoofdst. Van de Pronomina. 43
Van de Pronomina Personalia. 43
XI. Hoofdst. Van de Pronomina Conjunctiva. 47
XII. Hoofdst. Van de Pronomina Possessiva. 49
XIII. Hoofdst. Van de Pronomina Demonstrativa. 51
XIV. Van de Pronomina Relativa. 51
XV. Van de Pronomina Impropria. 53
XVI. H. Van de Werwoorden en Vervoegingen. 57
Conjugatio van het Verbum Auxiliare hebben, 59
Conjogatio van het Verbum Auxiliare sijn. [66]
De vierde Conjugationes, of samenvoeging. 73
XVII. Hoofdst. Van het maaken der Tijden. 75
XVIII. Van de Verba Passiva. 81
XIX. Hoofdst. Van de Verba Reciproca. 81
XX. Hoofdst. Van de Verba Impersonalia. 83
Hoe men moet uitdrukken daar is, daar was. 85
XXI. H. Van de ongeregelde Werkwoorden. 87
XXII. Hoofdst. Van de ongeregelde Werkwoorden van de eerste Vervoeging. 88
XXII[I]. Hoofdst. Van de Tweede. 88
XXIV. Hoofdst. Van de Derde. 95
XXV. Hoofdst. Van de Vierde. 104
Van de Werkwoorden op isco. 106
XXVI. Hoofdst. Van het Participium. 110
XXVII. Hoofdst. Van de Adverbia. 115
XXVIII. Hoofdst. Van de Propositiones. 117
XXIX. Hoofdst. Van de Conjectiones. 121
XXX. Hoofdst. Van de Interjectiones. 123
Tractaat van de Digt Konst. 127
I. Hoofdst. Van de Veersen in ’t bijsonder. 129
II. Hoofdst, Van de groote Veersen. 131
Van d’Hemistiche. 131
III. Hoofdst. Van de kleine Veersen. 139
Om de Italiaanse Veersen te meeten. 139
IV. Hoofdst. Van de Rijm. 143
Van de samen-menging der Rijmen. 145
V. Hoofdst. Van de werking in Veersen. 145
Van de stanse van ses Veersen. 147
Van drie. 147
Van de Veersen genaamd Quarternary, en Quartarima. 151
Van de Sonnet. 153
Van de Gedigten met groote en kleine Veersen gemengt. 157
Van de Madrigaal. 159
Van de Veersen sonder Rijm. 159
VI. Hoofdst. Van de vijheid der Digters. 163
I. Samen-spraak. 196 [in realtà 166]
II. Samen-spraak. 196
[Eenige Brieven van Gedienstigheden en Pligtplegingen.] 217
INDICE.
Chap. I. De la lecture, et pronontiation. 2
Chap. II. Des Articles, et Delinaisons. 10
De l’Article defini. 12
Declinaison de l’Article il et lo. 14
Declinaison de l’Article la. 16
De l’Article Indefini. 18
Remarques sur les Articles. 20
De la Proposition en, et dans. 20
De la Proposition avec. 22
Chap. III. Des Noms. 24
Formations du Plurier des noms masculins. 24
Formation du Plurier de noms feminins. 26
Chap. IV. Des Adjectifs, et Substantifs. 28
Chap. V. Des Augmentatifs, ou Amplificatifs. 32
Chap. VI. Des Diminutifs. 34
Chap. VII. Des Comparatifs. 34
Chap. VIII. Des Superlatifs. 38
Chap. IX. Remarque pour la François. 40
Terminaison de Noms Italiens tirès sur le Latin. 41
Avertissement sur les Noms. 41
Chap. X. Des Pronoms. 42
Des Pronoms Personal. 42
Chap. XI. Des Pronoms Conjonctifs. 46
Chap. XII. Des Pronoms Possessifs. 48
Chap. XIII. Des Pronoms Demonstratifs. 50
Chap. XIV. Des Pronoms Relatifs. 52
Chap. XV. Des Pronoms Impropres. 52
Chap. XVI. Des Verbes, et Conjugaisons. 56
Conjugaison du Verbe Auxiliare avoir. 58
Conjugaison du Verbe Auxiliare être. [66]
Les quatre Conjugaisons. 73
Chap. XVII. Formation des Temps. 74
Chap. XVIII. Des Verbes Passifs. 80
Chap. XIX. Des Verbes Reciproques. 80
Chap. XX. Des Verbes Impersonnels. 82
Comm’il fait exprimer il y a, il y avoit. 84
Chap. XXI. Des Verbes Irreguliers. 86
Chap. XXII. Des Verbes Irreguliers de le premiere Conjugaison. 88
Chap. XXIII. De la Seconde. 89
Chap. XIV. De la Troisieme. 95
Chap. XXV. De la Quatrieme. 104
Des Verbes en isco. 106
Chap. XXVI. Du Participe. 110
Chap. XXVII. Des Adverbes. 114
Chap. XXVIII. Des Prepositions. 116
Chap. XXIX. Des Conjunctions, 120
Chap. XXX. De l’Interjection. 122
Traitè de la Poësie. 126
Chap. I. De Vers en Particulier. 128
Chap. II. De grands Vers. 130
de l’Hemistiche. 130
Chap. III. De petits Vers. 130
Pour mesurer le Vers. 134
Chap. IV. De la Rime. 142
Du melange des Rimes. 144
Chap. V. Des l’Ouvrages en Vers. 144
Des stances de six Vers. 146
de trois Vers. 146
De Quatrains. 150
Du Sonnet. 152
Des ouvrages melés de grands et de petit Vers. 156
du Madrigal. 158
Des Vers sans Rime. 158
Chap. VI. Des licences Poëtiques. 162
Premier dialogue. 166
seconde. 196
Lettres des Compliments. 217
Proverbes. [232]